Titeren? Wat is dat?

Ben je wel eens bang dat je hond teveel onnodige entingen krijgt? Laat je je volwassen hond niet meer vaccineren omdat je denkt dat hij wel voldoende afweer moet hebben na alle vaccinaties? Door te titeren zorg je er voor dat je hond voldoende bescherming heeft, maar niet meer entingen krijgt dan nodig is.

Inentingen slaan niet altijd aan

Jarenlang zijn honden jaarlijks gevaccineerd volgens een standaard schema. Hiermee wordt er van uitgegaan dat een hond voldoende bescherming heeft. Toch blijkt dat dit niet altijd het geval is! Vroeger hadden we geen manier om de afweer betrouwbaar te meten. Die is er nu gelukkig wel. Voor parvo, hondenziekte en leverziekte kunnen de hoeveelheid antistoffen bepaald worden met behulp van de Vaccicheck. Door middel van afname van 1 druppel bloed kan een (gecertificeerde) dierenarts de bepaling uitvoeren. Regelmatig kom ik honden tegen die als pup volgens schema zijn ingeënt, maar waarbij (een van) de vaccinaties niet zijn aangeslagen. Deze honden lopen vaak tot de leeftijd van 1 jaar onbeschermd rond.

Met deze 3 tips weet je precies of je hond voldoende bescherming heeft

1. Laat de hoeveelheid antistoffen bepalen. Je kunt door een ervaren dierenarts in het bloed van de hond laten meten hoeveel antistoffen hij heeft tegen een aantal ziektes. Ook honden die hun (basis-) vaccinatie gehad hebben kunnen, voor bepaalde ziektes lage antistoffen hebben. Zij kunnen dan, ondanks vaccinatie, toch risico lopen om ziek te worden. Je kunt op ieder moment ervoor kiezen om de Vaccicheck (ook wel titertest genaamd) uit te laten voeren bij je hond. Er dient minimaal 3-4 weken te zitten tussen een vaccinatie en de test.
2. Vaccineer alleen dat wat nodig is. Wanneer de antilichamen bijna weg blijken te zijn, dan is het nodig om te vaccineren. In sommige gevallen heb je de optie om alleen te enten wat er nodig is, soms is een combinatie-enting de enige beschikbare keuze. (Hopelijk ontwikkelt de farmaceutische industrie zich steeds verder, zodat het in de toekomst mogelijk is om iedere ziekte apart te vaccineren.)
3. Laat 4 weken na de vaccinatie wederom de hoeveelheid antistoffen testen. Alleen dan weet je of het immuunsysteem goed heeft gereageerd op de enting. Als dit het geval is, dan zijn er voldoende antistoffen aangemaakt en dan zal vaccineren voorlopig niet meer nodig zijn. Er zijn honden die met 1 enting levenslang bescherming blijken te hebben. Door ten minste iedere 3 jaar de meting te herhalen, ben je er zeker van dat de antistoffen nog voldoende aanwezig zijn.De dierenarts zal na het uitvoeren van de Vaccicheck in het paspoort schrijven hoe lang de minimale bescherming nog is en wanneer opnieuw titeren geadviseerd wordt.

Met titeren nooit meer te veel of te weinig vaccineren

Ik heb verschillende honden getest die 3 jaar na de laatste vaccinatie voor nog minstens 3 jaar beschermd zijn. In totaal dus meer dan 6 jaar, soms zelfs levenslang. Het omgekeerde komt ook voor: honden die jarenlang jaarlijks gevaccineerd zijn, blijken onvoldoende beschermd te zijn. Zij hebben dus een hele tijd risico gelopen om ziek te worden.

De volgende ziektes kunnen niet worden getest met behulp van de Vaccicheck: de ziekte van Weil (leptospirose), Rabiës (hondsdolheid) en kennelhoest. Voor deze ziektes zal bij iedere hond op maat bepaald moeten worden welke wenselijk zijn om te geven. Dit is afhankelijk van verschillende factoren. Overleg dit met je dierenarts. 

Nu weet je wat titeren inhoudt en waarom het zinvol is om je hond te laten titeren. 

In een ander blog-artikel vertel ik over hoe je hondenziekte kunt herkennen. Klik hier.